Als we de principes samennemen kan de volgende werkvorm ontstaan.

Thema

Bepaal bij een gekozen of voorliggend thema eerst de bestuur grens. Wie gaat het allemaal aan, wie dient betrokken te zijn en welke bevoegdheden  liggen er op gekozen bestuursniveau.

Omschrijf ook de 3 invalshoeken die bij dit thema kunnen worden onderscheiden.

Proces en Inhoud

Volg onderstaand proces en geef in elke stap de inhoud zo compleet en zuiver mogelijk weer.

  1. Kijken
    • Waarom: wat is de knelpunt/kans in ernst/potentie, groei en urgentie
    • Waarover: wat is de afbakening van het onderwerp
    • Waartoe: welke doelstelling(en) willen we nastreven

Van belang is, dat ten minste vanuit 3 invalshoeken doel of droom wordt geformuleerd, zodat direct balans ontstaat wat na te streven. Door te focussen op de droom i.p.v. het probleem wat slechts een aanleiding is, wordt het gevoel veel positiever en geeft energie. In plaats van ‘wat ben ik kwijt geraakt en wat kan ik terugkrijgen’ wordt het: ‘wat kan ik winnen’. Daarnaast is het zaak de doelbeschrijving altijd in termen van ‘zijn’ te formuleren, dus hoe is gewenste nieuwe situatie, en niet in termen van ‘hebben’, dus wat heb ik nodig om doel te bereiken. Als doel verkeerd wordt geformuleerd door feitelijk een oplossing als doel te formuleren, dan blokkeert dit het gezamenlijk zoeken naar gebalanceerde oplossingen.

-> Besluit over doelstelling

  1. Denken
    • Welke: oplossing met keuzecriteria vanuit de drie krachten/stromingen en consequenties (voor zowel winnaars en verliezers) en neveneffecten (ook kettingreacties) en korte en lange termijn.

-> Besluit over oplossing

  1. Plannen
    • Wat, hoe en waarmee: plan om oplossing te maken en te implementeren

-> Besluit over plan (wet)

  1. Werken
    • Wie, waar en wanneer: uitvoering van plan

-> Besluit ingebruikname

  1. Voelen
    • Perspectief van resultaat en meten van resultaat en welk gevoel dat geeft voor de diverse krachten/stromingen (in hoeverre komen de dromen tot realiteit)

-> Besluit over nieuwe cyclus

Rollen (per thema en per stap vooraf te bepalen)

Een invulling kan zijn: Laat betrokkenen praten over een thema en input voor oplossingsvoorstellen aandragen. Betrokkenen en experts van buiten parlement hebben niet zelden meer kennis dan de individuele Kamerleden die een portefeuille behartigen. Soms beginnen ze pas met opdoen van kennis van een portefeuille als ze die krijgen toegewezen.

Ambtenaren van ministeries hebben wel deskundigheid maar kunnen vastzitten in bepaalde denkwijze en benadering.

Laat direct betrokkenen aangeven  steun-acceptabel-afwijzen en niet partijen of vertegenwoordigers, bv laat alle verpleegkundigen zich uitspreken over BIG II als voorbeeld.

Laat tot slot parlement optreden als evaluator/rechter van voorstellen i.p.v. bedenkers. Vooral om een besluit af te wegen naar alle andere besluiten uit andere themavelden. Het bewaken van samenhang en consistentie vraagt breder blikveld.

Communicatie

Communiceer altijd het volledige plaatje van probleem tot en met in gebruik zijn van de maatregel of oplossing. Communiceer direct vanaf begin de 3 invalshoeken en dat het afweging is. Zo’n afweging is niet cijfermatig en mechanisch, maar bv ook naar inschatting draagvermogen van de mensen uit de drie invalshoeken.

Onderken ook emoties in het debat en beantwoord die adequaat.

Bij het communiceren van een (voorgenomen) besluit altijd het thema naar de stromingen beantwoorden, het dient altijd een en-en-en besluit te zijn. Communiceer ook de complexiteit en niet zwart wit. Vaak vraagt men stelling te nemen voor of tegen een maatregel, maar ZONDER alle consequenties, met winnaars en verliezers en voor en nadelen. En zonder de altijd impliciet aanwezige afweging tussen eisen en wensen. In kwaliteitstheorie wordt dat de kans op goedkeur versus afkeur genoemd. Als men bijvoorbeeld gebruikersgemak voor de burger bij een maatregel sterk benadrukt dan stijgt de kans op fraude. Maak dus die afweging zichtbaar.

Besluitneming

Besluitneming komt stapsgewijs tot stand dus per stap in het proces. Geen stappen overslaan. De uitkomst is dan een besluit met evenwichtige afweging van overtuigingen, waarden en belangen gebaseerd op gedeeld inzicht op inhoud in al zijn complexiteit en consequenties voor zowel korte als lange termijn.

Besluit ook tevens bij welke uitkomst, als maatregel is ingevoerd, het overleg wordt hervat, bv als blijkt dat fraudegevallen boven bepaald niveau uitstijgen.

In presentatievorm kan het er dan als volgt gaan uitzien:

Een voorbeeld dat in praktijk voorbij kwam was het thema ‘bijtelling leaseauto’s’.

Toen zag je een driehoek die in overleg gingen:

  1. Leasebedrijven (vrijheid van ondernemen)
  2. ANWB/Leaserijders (gelijke/eerlijke behandeling t.o.v. andere belastingbetalers)
  3. Greenpeace (gemeenschap belang klimaat)

Zo zou je bij elk vraagstuk of thema organisaties, burgers of vertegenwoordigers moeten vinden, zodat je driehoek kan onderkennen.

Hierna paar voorbeelden.

Thema

A (vrijheid)

B (gelijkheid)

C (broederschap/gemeenschap)

Leaseauto bijtelling

Leasebedrijven willen groeien

Leaserijders (ANWB) willen eerlijke prijs

Greenpeace wil natuur en klimaat beschermen

Vluchtelingenvraagstuk

Vluchteling die behoefte heeft vrij te gaan en staan waar je je veilig voelt

Mensenrechtenbeweging, die gelijke rechten nastreeft van alle wereldburgers

Landen en gemeenschappen, die eigenheid en stabiliteit willen behouden

Economie

Ondernemers die willen groeien en bloeien

Werknemers, in welke vorm dan ook, willen gelijke  en eerlijke beloning

Klimaat en duurzaamheidsbeweging willen leefbare omgeving voor huidige en toekomstige generaties

Stikstof

Boeren die vrijheid van ondernemen met bestaanszekerheid willen.

Consumenten die over veilig en betaalbaar voedsel willen beschikken.

Samenleving wil gezond natuur en milieu, die toekomstbestendig is voor komende generaties